Alfabet F

Fabel vertelling, verdichtzel, klucht, kwak, beuzeling
Fabuleus beuzelagtig
Fabriceeren vercieren, verdichten, timmeren
Fabrycq Bouwmeester, Rooymeester
Facio ut des ik doe iets op dat gy iets geeft
Facetieux boertig, boertachtig, geneuglyk
Facil licht, lichtdeerlyk
Faciliteit lichtigheid
Faciliteeren het werk verlichten
Facit het slot van de rekening
Facteur/Factoor die de zaken van een ander drijft, bewindhebber
Factum uitkomst, daad, gedaan
Factie t'samenrotting
Factieus oproerig
Faculteit vermogen, vermogenheid, magt
Facundie welsprekenheid
Facund welsprekend
Faljeeren missen, gebreeken
Falcidie afkorting, afsnyding
Falcidia portio is het vierendeel van de erffenisse dat den Erfgenaam vermag af te trekken die met al te veel Legaten bezwaard is
Fallacie valsheid, bedriegelykheid
Falsaris valsaard, een bedrieger die valsche Instrumenten maakt
Fameus berucht, bekend, ruchtbaar
Fameus libel een faamrovend geschrift
Familiaar gemeenzaam, huisgemeen
Familie huisgezin
Fantaseeren inbeelden, by zyb zelven denken
Fantasie inbeelding, eigenzinnigheid
Fantastyk eigenzinnig, byzinnig, vies
Fastus dies een Rechtdag
Fastidie walging, zatheid
Fastidieeren walgen zat maaken
Fataal noodlot, noodschik, noodschikkelyk, dodelyk
Fatalien Dingdagen, Pleitdagen
Fatalia Appellationis den tyd binnen denwelken men moet appelleeren
Fatalia Appellationis Prosecuendæ paaltyd binnen dewelke een beroep moet vervolgt dat is, daagceel geligt en Dagvaardinge gedaan worden
Fatigade vermoeijing
Fatige vermoediheid
Fatigeeren vermoeyen
Fatsoen gestalte, form, gedaante
Fatsoeneeren formen, gestalte geven
Fatum noodlot, nooddwang
Faulte gebrek, feyl, verzuim
Faveeren begunstigen, gunstig zyn
Faveur gunste, hulp
Favorabel gunstig
Favoryt gunsteling
Fauteur gunstdrager, een Medpleger
Fauburg voorstad
Feyten Schriftuuren inhoudende 't geene men betoonen ofte bewyzen wil
Feliciteit welvaard, voorspoed, geluk
Feminyn wyflyk, vrouwlyk
Felonie ontrouwe, ofte smaadheid
Fenyn vergift, doodspys
Fermenteeren gisten, opgisten
Ferein vierdagen, oorlofdagen
Festuren beleefdelyk onthalen
Festinatie verhaastiging
Feudaal/Feodaal leengoed, leenroerig
Festoen loofwerk
Fiat het geschiede alzoo, 't is goed
Fictie verciering, verdichtzel
Fideicommis Ervbeveeling, Ervbetrouwing, ervlating over de hand
Fideicommissaris erfgenaam met last van overgifte
Fidejussor borge
Fidel getrouw
Fideliteit getrouwigheid
Fiducie betrouwing
Figure gestalte, afbeeldzel, prent
Figurate beeldsgewys
Figureeren afbeelden, verbeelden
Finantie inkomen, schat
Fin eynde
Fineeren eyndigen
Finalyk eindelyk, glad af
Finesse vond, loosheid, list, practyque om iets uit te voeren
Fingeeren vercieren, bootzen, verdichten
Firmament sterrenhemel, uitspansel
Firmeeren vestigen, gestadigen
Fiscaal Graavlykheidsverzorger ofte Landsschatbewaarder, s'Landsrechtvorderaar die s'Lands recht in straf of hals zaken beschermt
Fisch Lands schatkist, de gemeene zaak
Fisionomie gedaante, trek des aangezichts
Fixe domicilie vaste woonplaatze
Flatteur vleyer, pluimstryker
Flatteeren pluimstryken, vleyen
Flatterie vleyery
Flegmatyk slymerig, snottelyk
Fleur bloem, bloeizel
Floreeren bloeyen, welvaarende zyn
Floryn één gulden
Fluctueeren zweven, zwalpen, sukkelen
Florissant bloeyende
Fol geloof
Foire markt, jaarmarkt
Fol appel kwalyk beroep
Foly één blad
Folie malligheid
Fondeeren vestigen, vaststellen, stichten
Fondatie grondlegging
Fondateur stichter, grondlegger
Fondament grondvest
Fondamenteel bondig, grondig
Fontein bron, wel
Foreest bosch, woud
Force geweld, magt
Forceeren bemagtigen, verkrachten, overweldigen
Forme vorm, gedaante
Formeel gantschelyk voltooit
Formaliteit gedaante, gestalte, aanstelling, tegenaankanting
Formaliceeren tegenaankanten, opmaken
Formidabel vreeslyk, ontsachelyk
Formeeren maken,toestellen
Formulier voorschrift, ontwerp, leest
Fornicatie hoerery, smuikmin
Fortificatie sterkmaking
Fortificeeren versterken
Fortresse sterkte, slot, een fort
Fortune geluk, kanse, avontuur
Forum Rechtplaatze, het Hof
Foveren koesteren, toegedaan zyn, ophouden, aanhangen
Foule gedrang, hoop volks
Forneeren/Furneeren verschaffen, opbrengen, stoffeeren
Fournissement verschaffing, stoffeering
Fracture breuk
Fragment afbreekzel, stuk
Frajeur schrik
Fragiliteit broosheid
Fra er germanus een broeder van vollen bedde
Fraude bedrog, arglist
Fraudeeren bedriegen
Fraudulent bedrigelyk
Frenesie krankzinnigheid
Frequenteeren bewandelen, doorwandelen, bywoonen
Frequent veelvuldig, veelvoudig, vaak, dikwils
Frequentatie handel en wandel
Frivoll beuzelagtig, leuragtig, slegt, onnut
Frugal zuinig
Frugaliteit zuinigheid
Fructueux vruchtbaar
Fricasseeren in de pan braden, fruiten
Frustratie bedrog
Frustra te vergeevs
Frontrespis voorgevel
Frustreeren vrugteloos maken, benemen, misleiden
Fugeeren vluchten, vlieden
Fuge vluchte
Fugityf voortvluchtig, banquerot
Fulmineeren blixemen, razen, woeden, uitbulderen, tieren
Fumeus rookig
Functie ampt, bediening
Fundament grondvest, grond
Fundatie grondlegging
Fundeeren vestigen, vaststellen
Furie woede, verwoedheid, razerny
Furieux dol, razende, woedig
Furneeren verschaffen, opbrengen